Amelia en Lindsay hadden elkaar vastgegrepen toen ze het gegil hoorden. "Dat was Lucy!" wist Lindsay meteen, "Kijk, kijk dan, daar staat ze, in die nis daar!"
Maar Amelia keek niet omhoog. Ze keek omlaag, naar het deurtje in de kooi dat wagenwijd open stond...
-/-
Met openvallende mond liep Jason de dreigende ruimte in. Hij kon slechts raden wat voor gruwelijkheden hier plaats vonden. Het ene martelinstrument zag er nog moorddadiger uit dan het andere.
"Onder de indruk, meneer Cunningham?" de Commandeur stond hem al op te wachten.
"Waar is Carly?" was Jason's reactie echter.
"U ziet haar zometeen. Sta me toe u een kleine rondleiding door ons bedrijf te geven..."
Juist op dat moment klonk er een hoog gegil. Schijnwerpers flitsten aan en zetten de nissen in de muren in een fel licht. Jason rilde...
Boven hen probeerde Mark met zijn hand zijn ogen tegen het felle schijnsel te beschermen. Toen hij de Commandeur ontdekte, wist hij dat ontsnappen nu onmogelijk zou zijn en hij vloekte luidkeels...
"Kalm aan meneer Hamill," riep de Commandeur, "We hebben een gast en wel willen dat hij een goede indruk van ons krijgt, nietwaar?"
Ziedend wees Mark op het gekruisigde meisje: "Noem je DIT een goeie indruk? Moordenaar die je bent!"
"Beter uit uw ogen kijken voor u beschuldigingen uit meneer Hamill" - en tegen Jason: "Wilt u mij maar volgen? Dat personeel van tegenwoordig..."
Ze liepen verder langs het marteltuig. Zo her en der stonden kooien, allemaal met de deur geopend maar geen van de meisjes die zich er in bevonden scheen aanstalten te maken om te vluchten. Jason herkende het offerblok dat hij op de monitor in beeld had gezien, griezelde bij de aanblik van de guillotine. De Commandeur merkte het en wenkte hem naderbij.
"Het is geen origineel exemplaar," legde hij uit, "Maar zelfs een kopie kan nog uitstekend functioneren. Let maar eens op."
Hij knielde neer bij de opening die bedoeld was voor de hals van de veroordeelde en stak zijn hand er doorheen. "Als u de knoop even uit het touw wil trekken?"
Jason staarde de ander verbouwereerd aan.
"Toe maar! U moet een beetje vertrouwen hebben in de mensheid hebben meneer Cunningham! Niet alles is wat het lijkt nietwaar?"
Aarzelend stak Jason zijn hand uit en vatte het touw beet. Langzaam, heel langzaam trok hij er aan tot de lus ineens losschoot en het koord uit zijn hand gerukt werd. Achteruit deinzend zag hij de bijl met duizelingwekkende snelheid naar beneden komen. Een harde klap en...
De Commandeur trok zijn hand weer uit het gat. De bijl was ergens halverwege het hout daarboven blijven steken.
"Niet alles is wat het lijkt meneer Cunningham," grinnikte hij, "En ik geloof dat meneer Hamill daar nu ook achter begint te komen..." Hij knikte naar de nis waar Mark zich nu over de gekruisigde gestalte gebogen had.
-/-
"Fucking plastic!" bracht Mark Hamill uit. Hij wendde zich tot Lucy die vaag glimlachte. "Je wist het?" Het was meer een constaterering dan een vraag.
"We hebben je al zo vaak gezegd dat niet alles is wat het lijkt Mark," zei ze nu, "Alles hier is onderdeel van een fantasie, maar wel een die door veel mensen gedeeld wordt..."
Hij schudde zijn hoofd en keek om toen hij de klap van de valbijl hoorde...
-/-
"Was," legde de Commandeur uit, "Een van onze medewerkers heeft in de London Dungeon gewerkt, een soort horrormuseum waar deze apparaten ook allemaal staan. Nou ja, bijna allemaal, we hebben er zelf ook een stel ontworpen. Enfin, die beelden in die nissen zijn bedoeld om indruk te maken en in 'n beetje schemerig licht lukt dat ook wel. De meeste mensen durven er niet eens naar te kijken namelijk..."
Ze liepen verder, passeerden nog een paar kooien. Voor een ervan hield de Commandeur stil. "1716, kom naar buiten!"
Jason had Carly nauwelijks herkend: Haar hoofd was kaalgeschoren en ze had brede ijzeren banden om hals, enkels en polsen. Haar borsten waren roodgestriemd en toch hing er een vreemde, haast gelukzalige glimlach om haar lippen. Hij deed een stap naar voren om haar te omhelzen, aarzelde dan.
"Zoals u ziet, leeft ze nog meneer Cunningham," zei de Commandeur op vriendelijke toon, "Je zou zelfs kunnen zeggen dat ze nu meer leeft dan voorheen, is het niet 1716?"
Carly knikte, Jason strak aankijkend. De Commandeur bemerkte zijn verwarring en trok hem even opzij: "Ik zei al dat niet alles is zoals het lijkt Jason. Toen jij een meisje in ketenen zag, concludeerde jij meteen dat zij daartoe gedwongen was. Logisch, dat zou iedereen die ons niet kent denken. Maar er zijn mensen die dat juist wíllen, die gepijnigd en vernederd wíllen worden. Dan pas voelen ze zich echt gelukkig. De maatschappij noemt ze masochistisch, wiij noemen ze slavinnen en geven ze wat ze hebben willen."
Hij nam Jason mee de Veilingtafel op vanwaar ze een uitzicht over de hele zaal hadden. Deze baadde nu in een zee van licht.
"Al die verschrikkelijke instrumenten zijn dusdanig bewerkt dat ze volkomen onschadelijk zijn. Uitstekend om iemand op vast te binden maar meer ook niet. Het gegil wat overdag zo nu en dan te horen is komt van een cassettebandje..."
"Maar die ringen die die meiden hebben?" onderbrak Jason hem, "En ik heb er zelfs een paar met een brandmerk gezien!"
"Dat is van te voren al met henzelf besproken, en negen van de tien gevallen door hun eigenaars; de leden van de Society. Die geven ook aan ons door wanneer het betrokken meisje door ons eh... ontvoeringsteam opgepikt kan worden. Hier belandt ze op het Nivo waar zijzelf voor gekozen heeft en ondergaat ook de behandelingen die bij dat Nivo gebruikelijk zijn."
Het duizelde Jason een beetje: "Ze zitten hier... vrijwillig???"
De Commandeur knikte: "Ja, voor een paar dagen, weken of maanden. Daarna gaan ze gewoon weer terug de maatschappij in, naar hun partners. Maar er zijn er een paar die hier permanent ingetrokken zijn."
"Die partners, komen die hier ook dan?"
"Natuurlijk. De Wachters en Beulen worden regelmatig gewisseld. Alleen de Hoofdwachters en de medische staf zijn in permanente dienst."
Even verderop floepten de schijnwerpers een voor een uit. Wachters deden de ronde, sloten alle kooien weer.
"Kom meneer Cunningham, het wordt tijd om afscheid te nemen," De Commandeur ging Jason voor naar de kooi waar Carly nog steeds stond te wachten.
"En ZIJ dan?" wilde Jason weten. De Commandeur legde een amicale arm om de schouders van het meisje heen: "Haar vriend én superieur zijn al jaren lid van de Society. Toen iemand een paar van onze leden betrapte tijdens een drijfjacht heeft de comissaris van Huddlesford - u begrijpt, ook een goede kennis van ons - direct Carly's vriend ingeseind zodat zij 'op onderzoek' uit kon gaan..."
Carly stapte naar voren, ging op haar tenen staan en gaf Jason een vlinderkusje op zijn wang: "Bedankt, held van me!" zei ze zonder een spoortje van spot in haar stem. Dan draaide ze zich om en verdween weer in de kooi die door de Commandeur op slot gedraaid werd.
"Mensen zoeken spanning meneer Cunningham," vervolgde deze zijn verhaal, "En het maakt eigenlijk niet uit HOE ze hier komen, ALS ze hier maar komen. Of ze nu uit de plaatselijke bibliotheek gekidnapt worden of betrapt tijdens een inbraak..." in de stem van de Commandeur klonk wél enige spot. "Enfin, u weet de weg terug wel te vinden neem ik aan? Dan wens ik u goedenavond!"
-/-
"Al een beetje bijgekomen van de schrik meneer Hamill?" vroeg de Commandeur even later. Mark had zich hoofdschuddend naast het wassen beeld neergezet, schrok nu wakker van de stem vlak onder hem; "Aangezien uw plannen voor vanavond verder geen zin hebben, zou ik u aan willen raden om uw verblijf maar op te zoeken voor een goede nachtrust of eh... - met een knikje naar Lucy - iets wat daar op lijkt. Rest mij u nog te feliciteren met uw examenresultaten..."
Mark knipperde met zijn ogen: "Mijn... wat?"
De ander grinnikte: "Uw examen meneer Hamill. Dat wat u de laatste twee weken heeft meegemaakt was bedoeld om uw kwaliteiten te testen. Die kwaliteiten heeft u, maar u heeft ook de moed om in te grijpen als u denkt dat er écht iets verkeerd zit. Anders had u nu niet in die nis gestaan, nietwaar?"
Hij knikte kort en maakte aanstalten om weg te lopen, scheen zich dan te bedenken: "Lucy mag u vanavond het echte geheim van Roydon Castle vertellen. Daarna is het aan u of u blijft of niet. Welterusten!"
-/-
Als in een droom liep Jason terug naar de wenteltrap waar hij zich nog eenmaal omdraaide. De zaal was nu dusdanig verduisterd dat je alleen de contouren van de machinerie kon zien. Alleen gloeide her en der nog een kolenvuurtje. Vreemd, met al dat vuur kon het hier toch nooit zo kil zijn?
Hij deed een paar stappen terug, boog zich over de vuurkorf die daar stond. Het ding was nauwelijks warm. Omlaag turend ontdekte hij een elektrisch lampje onder een laag oranje plastic.
"Niet alles is wat het lijkt," hoorde hij iemand in zijn gedachten zeggen.
Hij vervolgde zijn weg naar boven en door de gangen. Onzichtbare handen sloten de deuren achter hem. Ook de deur naar de hal waarna het wandkleed geruisloos uitgerold werd tot het weer op zijn plaats hing. Een zacht briesje begon de kaarsen in kleine groepjes uit te blazen.
Buiten ademde hij de frisse nachtlucht in. De volle maan scheen neer op het landschap dat er nu lang zo dreigend niet meer uitzag als een paar uur eerder. Hij schrok niet eens toen de hoofdpoort zich met een daverende klap achter hem sloot.
De Roydon Society had weer bezit van het kasteel genomen...
__________________________________________________________________________
Opgedragen aan Arwen, Anna, Syl, Groentje, Knorrepot, Curiosity, Paulien, Esra, en alle andere meiden van het Viva-forum,
Maar met name aan cassandra. Love you!
Frodo ©, december 2002
|