Mark keek op zijn horloge. Het was half negen 's avonds. Over een uurtje zouden de slavinnen van Nivo 3 naar hun kooien gebracht worden en zouden de Wachters naar hun appartementen of naar de kroeg vertrekken. Dan was er ook meer kans zijn dat zijn plan zou slagen.
Even verderop lag Lucy op een stapel jute zakken te slapen. Hij gunde haar die rust wel - ze had de afgelopen dagen al meer dan genoeg meegemaakt en in dit verlaten berghok - vlak naast de guillotine, een plek die door iedereen hier gemeden werd - zouden ze voorlopig wel veilig zitten. Niemand zou hem ook missen: de Commandeur had hem voorlopig van alle diensten ontheven tot ze het door hem beloofde gesprek zouden voeren.
Niet dat dat nog in Mark's planning lag: Met een beetje geluk zouden ze met zijn tweeën in de laadruimte van Flynt's bestelwagen zitten als die morgenochtend nieuwe voorraden ging halen...
Lucy sloeg haar ogen op, staarde hem even verward aan en glimlachte dan: "Het moest weer even tot me doordringen waar we zaten," zei ze, "Ben je nog steeds van plan om ermee door te gaan?"
"Natuurlijk, beloofd is beloofd!" zei hij vastberaden.
"Mark," verzuchtte ze nu, "De risico's..."
"Die ben ik bereid te nemen. Voor jou wel!"
Ze keek hem hoofdschuddend aan: "Je staart je blind op de verkeerde dingen Mark. Als je mij meeneemt, is er grote kans dat ik hier binnen minder dan geen tijd weer terug ben. Dit is gewoon zinloos!"
"Stil jij," zei hij sussend, "Ik ken plaatsen waar ze ons nooit zullen vinden, geloof mij maar!"
Ze wilde nog iets zeggen maar hij legde zijn wijsvinger op haar lippen en keek weer op zijn horloge.
"Hoe lang nog?" vroeg ze.
"Ongeveer een uur, dan zijn de meesten wel weg."
Lucy scheen even na te denken, schoof dan een hand onder zijn uniformjasje: "In dat geval weet ik wel iets om de tijd mee door te komen..."
Mark wilde nog protesteren maar ze perste haar lippen op de zijne en duwde haar onderlijf tegen zijn kruis...
-/-
Jason liet de laatste bocht in het steeds smaller wordende weggetje achter zich en hield even zijn pas in. Een paar honderd meter verderop torende Roydon Castle dreigend uit het water van het meer als het perfecte decor voor een griezelfilm. Een volle maan scheen neer op de zware kantelen en op de Hoofdtoren waar zijn avontuur was begonnen. Zou het daar nu ook eindigen?
Halverwege de brug naar de hoofdpoort zag hij tot zijn verrassing dat deze open stond, evenals de dubbele voordeur. Een vaag, onrustig schijnsel viel naar buiten. Blijkbaar had men binnen fakkels aangestoken.
Niet helemaal op zijn gemak vervolgde hij zijn weg. Er scheen verder geen licht door de ramen maar aangezien het kantoor van de Commandeur zich vermoedelijk ondergronds bevond, was dat niet zo verbazingwekkend. Wel vroeg hij zich af waarom er niemand ergens de wacht hield: Hij kon zo naar binnen lopen.
In de Hal brandden kaarsen, honderden stuks die in rijen langs de muren en op houten kroonluchters stonden. In de gigantische open haard wakkerde een al even formidabel vuur, alsof alles in gereedheid was gebracht voor een middeleeuws ridderfeest. Er WAS alleen niemand...
Verder lopend ontdekte Jason een stapeltje papier op de grond. Hij boog zich voorover en uitte een kreet van verbazing: Het waren de brieven die hij aan bijna alle nationale kranten geschreven had.
Ze waren allemaal dwars door midden gesneden...
-/-
Op Nivo 3 werd het licht getemperd. De aktiviteiten van die dag zaten er op en John vertrok naar de taveerne nadat hij zijn slavinnen in de ijzeren kooi naast zijn appartement opgesloten had. Celia viel al gauw in slaap, met beide handen haar gepijnigde borsten vasthoudend. Armenia trok zich in de achterste hoek terug en had in ieder geval haar ogen gesloten. Het werd stil... tenminste, dat had het moeten worden: Her en der schoten duistere figuren door de schemering en er klonke zachte, metaalachtige geluiden.
Lindsay spitste haar oren. Dit was haar eerste nacht hier en ze vroeg zich af wat er om hen heen gebeurde. Even later voegde Armenia zich bij haar.
"Wat gebeurt er?" vroeg Lindsay maar de ander haalde haar schouders op: "Geen idee. De Wachters zijn ook al zo stil. Normaal gesproken zouden ze nu al dronken zijn en dan kun je ze door de hele hal horen."
Plotseling dook er een schaduw naast hen op: "Stil jullie!" siste een mannenstem, "En wat er ook gebeurt: Blijf daar zitten!"
Opnieuw klonk er een zacht gerinkel en er ging een kleine trilling door de kooi...
-/-
Jason vloekte. Daarom had hij nooit antwoord gehad: de Commandeur of een van zijn consorten had zijn brieven achterover gedrukt! Woedend keek hij om zich heen. Alle deuren waren gesloten op één na die hij nog nooit eerder gezien had. Daarachter lag een lange gang die schuin afliep.
Hij groef even in zijn herinnering. Normaal gesproken hing hier een antiek wandkleed waar een laag hekje omheen stond. Geen wonder dat hij de deur niet gezien had. Omhoog speurend ontdekte hij het wandkleed, keurig opgerold op zijn houder.
Zijn moed verzamelend liep hij de gang in. Aan het eind was nog een deur die eveneens wijd open stond en toegang gaf tot het kantoor van de Commandeur. Een kantoor dat, zo leerde hij al snel, verlaten was. In het kleine kamertje er naast vertoonden de monitoren alleen maar lange gangen met deuren die zonder uitzondering open stonden.
Wat was hier gaande?
-/-
"Allemachtig!" Mark's stem was vol bewondering, "Jij kan er wat van!"
Glimlachend bracht Lucy zijn kleding weer op orde: "Ik heb hier veel geleerd. Dat kan ook wel, als je je er maar voor openstelt..."
Hij keek haar vragend aan maar realiseerde zich dan dat het later was dan gepland. Een blik op de klok zei hem dat het al over tienen was.
"Kom mee, we moeten gaan!" Hij opende de deur en tuurde de schemering in. Niemand te zien. Of toch? Vergiste hij zich nu of sloop daar iemand rond? Nee, waarschijnlijk speelden de spanning en zijn verbeelding hem parten. Om niet op te vallen nam hij Lucy's ketting in zijn ene hand en zocht zich een weg naar de trap die zij eerder die dag samen met Lindsay en Jasmin afgedaald was.
"HALT!" schalde het ineens achter hen. Geschrokken keek Mark om: Een van de Hoofdwachters beende met grote stappen op hen af. "Hollen!" siste hij tegen Lucy en ze zetten het op een lopen, de trap op. Beneden ontstond enige commotie, her en der flitsten lichten aan...
Bovenaan de trap ontdekte hij een smal gangetje dat hij nog niet eerder gezien had. Het werd schaars verlicht door het schijnsel dat aan de rechterkant door de kieren van neerhangende gordijnen doorgelaten werd. Hij vloekte toen hij ontdekte dat de gang doodliep, rukte een van de gordijnen opzij om een nieuwe doorgang te vinden.
Lucy slaakte een ijselijke kreet: Ze stonden in de nis met het gekruisigde meisje...
-/-
Het begon al gauw tot Jason door te dringen dat hij een bepaalde kant op gestuurd werd: Niet alle deuren stonden open, tenminste, niet alle deuren die de gangen onderling met elkaar verbonden en ook die met de opschriften 'Slaapzaal' en 'Ziekenzaal' waren hermetisch gesloten. Op Nivo 2 dwaalde hij zelfs een tijdje door een aantal vertrekken rond voor hij de enige uitweg, een wenteltrap die naar beneden leidde, ontdekte. Onderaan bereikte hij een holle ruimte met opnieuw een openstaande deur. Daarachter lag iets wat hem de adem ontnam...
Frodo ©
|