The Roydon Society -4: Huisregels

Lindsay Carter werd wakker met een bonkend hoofd en een ijzige kilte die langs haar lichaam omhooggleed. Ze wilde haar armen beschermend om zich heen slaan maar ontdekte dat ze zich nauwelijks kon bewegen. Versuft opende ze haar ogen en tuurde rond in het halfduister. Ze lag op een betonnen vloer, half tegen een ruwstenen muur geleund. Om haar polsen, enkels en hals waren loodzware, ijzeren boeien aangebracht die met al even zware kettingen met elkaar waren verbonden. Een laatste ketting leidde van de halsband naar een ring die aan de muur was bevestigd. Ze was niet naakt maar had het net zo goed kunnen zijn: Het jurkje van grof linnen reikte maar net tot haar benen...

Het licht kwam van een kleine, getraliede opening in de deur, een meter of twee verderop. Gezien het onregelmatige schijnsel moest het van een kaars of toorts komen. De enige geluiden die ze hoorde was een gestaag gedruppel ergens achter haar en zo nu en dan, heel ver weg, een hoog gegil.

Lindsay probeerde zich te herinneren wat er gebeurd was. Ze was die ochtend, zoals op elke werkdag, naar haar kantoor in de binnenstad van Liverpool gereden. In de parkeergarage had iemand haar aangesproken, iemand die ze niet kende en toen ineens... duisternis...

Haar spieren protesteerden toen ze op probeerde te staan - blijkbaar had ze al een tijdje in die houding gelegen. De kettingen weerhielden haar ervan om rechtop te staan, dus kroop ze op handen en voeten in de richting van de deur en begon te roepen. Het duurde even voor ze voetstappen hoorde naderen. De deur zwaaide piepend open en plots baadde de kleine cel in het licht: Een donkere gestalte, een flakkerende toorts boven het hoofd houdend, keek op haar neer en zei misprijzend : "Zo, dus jij bent ook eindelijk wakker!"

"Wie bent U?" vroeg ze kleintjes maar hij gaf geen antwooord. Hij plantte de toorts in een houder aan de wand, boog zich voorover en ineens was het licht weg: Een leren band zat strak om haar hoofd gesnoerd. Er klonk een zacht geklik waarmee haar polsen op haar rug werden vastgezet en dan werd Lindsay niet onzacht overeind getrokken: "Meekomen jij!" Een ruk aan de ketting spoorde haar nog eens aan. Omdat ze niets kon zien, spitste ze haar oren nog eens extra maar wat ze hoorde, stelde haar bepaald niet op haar gemak: Het verre gegil werd sterker. Tussendoor klonken knallende geluiden als van een zweep. Her en der kraakte en piepte het alsof er zware machinerie in beweging gezet werd. Ergens klonk het felle geblaf van honden en... vergiste ze zich nu of hoorde ze een kerkkoor?

Ze strompelde achter de man aan een aantal eindeloos lange gangen door en uiteindelijk een wenteltrap op die zo steil was dat ze meerdere malen bijna onderuit gleed. Weer een deur die geopend werd en ineens straalde de warmte haar tegemoet. Enkeldik tapijt verwarmde haar voeten en de zachte new-age muziek stelde haar bijna op haar gemak.

De band werd van haar hoofd verwijderd en ze knipperde met haar ogen. Eenmaal aan het zachte licht gewend, ontdekte ze dat ze zich in een grote, raamloze ruimte bevond waarvan de wanden achter zware gordijnen schuil gingen. Even verderop was een zitruimte met zware, lederen fauteuils. Daarnaast een welgevulde bar en rechts van haar 'n enorme boekenkast die één wand volledig besloeg. Maar dat was alles wat ze kon zien in de twee seconden die het haar gegeven was om om zich heen te gluren. De man achter haar dwong haar hoofd naar voren, zodat ze nu oog in oog stond met een gedistingeerde heer die achterovergeleund achter een fenomenaal eiken buro zat. Aan weerszijden van hem stonden twee naakte meisjes, allebei met hun handen op de rug en hun blik strak op de vloer voor hen gericht. Beiden droegen een soort halsband met daarop een stalen plaatje.

"Zo, dus dat is de nieuwe aanwinst," grinnikte de man achter het buro, "Draai je eens om zodat ik je even kan bekijken?"
Lindsay wilde iets zeggen, hield zich in en bleef doodstil staan. Ze gilde toen een brandende pijnscheut door haar achterwerk joeg: "Draaien!" siste de man achter haar. Aarzelend, bang voor meer pijn, draaide ze rond tot ze weer recht tegenover het buro stond. Daar was de oudere man opgestaan om op haar toe te lopen.

"Sta me toe mij voor te stellen," zei hij, "Mijn naam is Forrest, William Forrest. Maar jij spreekt mij aan met Meneer de Commandeur, begrepen?"
Lindsay zweeg. Forrest fronste zijn wenkbrauwen: "Je werkt niet erg mee he?"
"Ik doe helemaal niets zolang niemand me verteld waar ik ben en wat ik hier geacht wordt te doen," zei Lindsay fel. Ze had nu wel genoeg van al die geheimzinnigheid.
Forrest knikte naar de man achter haar. Die dwong haar hoofd ruw achterover en duwde een leren prop in haar mond die hij met twee riempjes achter op haar hoofd vastzette.
"Wij hebben zo onze methodes om mensen onze wil op te leggen," zei hij kalm, "Praat je te veel, krijg je een prop in. Doe je niet wat je gezegd wordt, dan zorgen we er voor dat je dat wél doet. Zo simpel is het."

Hij bekeek haar goedkeurend. Lindsay deinsde achteruit toen hij de zoom van haar jurkje optilde, maar ze botste tegen haar bewaker aan. "Hm, niet geschoren," merkte Forrest op, en tegen haar begeleider: "Regel dat even bij haar keuring. We willen onze leden wel tevreden houden."
Hij liep om het buro heen en nam weer plaats. "Gehoorzaamheid, dat is het enige wat er van je verwacht wordt. Als jij je best doet is het leven hier... redelijk draaglijk..." Hij tikte het meisje links van hem tegen haar bil. Ze reageerde onmiddellijk door tegen het buro aan te gaan staan en zich voorover te buigen. Terwijl hij sprak, werkte Forrest zijn hand tussen haar benen. Lindsy kon niet precies zien wat hij deed maar het meisje bewoog onrustig.

"Vergeet ook je naam: Je krijgt hier een nummer - zorg dat je dat onthoudt. Hou je aan de regels en de aanwijzingen van de Wachters. En rechten... die heb je gewoon niet. Vanaf nu ben je een meubelstuk dat door iedereen gebruikt mag worden. Publiek bezit dus..."

Het meisje op het buro kreunde. Er rolden tranen langs haar neus die kringen op het eiken tafelblad vormden.

"Je zult nu gekeurd worden en vervolgens ingedeeld in jouw groep. Je krijgt een schema waarin aangegeven staat op welke tijden je wáár dient te melden. Te laat komen, wordt gezien als insubordinatie en zal ook als zodanig afgestraft worden. De rest... leer je vanzelf wel..."

Hij klemde zijn kaken op elkaar en maakte een snelle beweging met zijn linkerarm. Het meisje gilde nu, spartelde met haar benen maar Forrest gaf geen draad: "Breng haar naar de onderzoekskamer. Daarna leid je haar maar even rond, samen met de andere nieuwelingen."
"Zeker Commandeur," zei de Wachter, een ruk aan Lindsay's ketting gevend. Ze volgde, allang blij dat ze uit die kamer weg kon en vooral dat hij haar geen blinddoek om deed. Achter haar krijste iemand luidkeels...


Frodo ©



main